Stil leven

Een stilleven ben je. Dat ben je. Ik hang over het balkon en zie je in de tuin, je voeten op het rottende tafeltje en je handen om een kop koffie. Naast je op de bank een asbak, volgelopen met regenwater, er drijven meer dan twaalf peuken in, ik heb ze net geteld.

De ruimte om je heen en hoe je erin beweegt. Ook als je niet weet dat ik naar je kijk, misschien juist dan, het zwaaien van je armen en het fluiten tussen je tanden, zachtjes, om de katten niet wakker te maken.

Even aarzelt je hand bij de koffie. Ik vermoed een gelijktijdigheid: ik erger me aan de asbak, jij vast ook, nu ga je hem weggooien, dat zou fijn zijn, jongen. Liefde laat gedachten samenvallen.

Je hand zoekt een stokje, je vindt, en trefzeker red je het vliegje uit de volgelopen asbak.

Ik laat je, want ik moet handelen. Ik heb een afspraak met een verkoper die ik via kronkelende omwegen zover heb gekregen mij zijn vuilnisbak te gunnen. Voor een prijs die ver onder zijn idee van het redelijke zit.

Maar die vuilnisbak, die moet naar mij. Omdat hij rood is, mooi rond en een leuk voetpedaaltje heeft. Dat ik er bijna vierentwintig kilometer voor ga rijden, in een geleende halfgare Peugeot, dat maakt nu even niet meer uit.

Want straks gooi jij je peuken nog steeds in een volgelopen asbak, maar het uitzicht van boven is toch echt anders. Een tuin, twee katten, een asbak, en een rood glimmend ding, om het druipende geheel in te laten spiegelen.

En jij, jij zit daar nog steeds. Gelukkig.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *