Jij bent het contragewicht. Het gebeurt wanneer je knippert met je ogen. Dan is de kans op verlies het grootst. Een wimper, een traan, een leven dat even niet oplette – daar ga je. Je kan niet opvangen wat niet losgelaten wordt, lief contragewicht, de vissen knabbelen aan alles wat drijft.
En jij: regisseur in tijdelijkheid. Je stampvoet rond in je eigen theater, en houdt vast aan het decor waar je jarenlang aan bouwde en waarvan niemand de tekeningen kent. Het kan zijn dat je verdwijnt door een zij-ingang, waar de hoofdrolspelers op de bühne blijven buigen. Ze buigen tot ze volledig door de knieën gaan, dan rapen ze de rozen en gaan door met wat rest.
En jij daar, dan was jij de levende dynamo. We hebben je nodig waar alles dreigt stil te vallen. Iets verderop in het dorp veeg je meermalen per dag je bureaublad vrij van denkbeeldig stof. Het nadenken voorbij bouw je intuitief aan een volgend leven, en het trilt dan wel een beetje in je wenkbrauw, je vertrouwt op het land en wat je handen daar van weten te maken. Dat komt wel goed.
(Acquisitie op basis van deze formuleringen is zinloos. Iedereen is er al.)